Sterilisatie van de teef.
Er kan verwarring ontstaan doordat medische begrippen door elkaar worden gebruikt en vanwege het feit dat er een soort gebruikstaal is ontstaan. Medisch gezien verstaan we onder castratie het onvruchtbaar maken van de hond door het geheel of gedeeltelijk wegnemen van de inwendige voortplantingsorganen. Onder sterilisatie verstaan we het onvruchtbaar maken van de hond door het onderbinden van de eileiders van de teef.In Nederland worden technisch gezien zowel reu als teef gecastreerd.
De voordelen van steriliseren bij een hond zijn:
- Niet meer loops worden.
De teef wordt gemiddeld 2 x per jaar loops. Dit gaat vaak gepaard met een bloederige uitvloeiing.De loopsheid duurt zo’n twee tot drie weken en in deze periode kan de hond gedekt worden.Het vloeien en het risico van een nestje wordt door de eigenaar gezien als een belangrijke reden om te steriliseren, na de operatie komt de loopsheid niet meer terug. Veel eigenaren denken dat hun teef niet vruchtbaar is als ze bloed vloeit, maar dit is een groot misverstand. Ergens in deze periode is de teef vruchtbaar. Wanneer dat precies is verschilt per loopsheid en verschilt ook van teef tot teef.De loopsheid kan tot op zeer gevorderde leeftijd tot een nest leiden. - Minder kans op melkkliertumoren.
Melkkliertumoren bij de teef kunnen zowel goedaardig als kwaadaardig zijn. De teven hebben meer melkklieren dan wij mensen. Onderzoek heeft uitgewezen dat één op de vier niet-gesteriliseerde teefjes melkkliertumoren krijgt. Om het risico van melkkliertumoren sterk te verminderen is het van belang dat de operatie op een jonge leeftijd plaatsvindt. Bij operatie voor de eerste loopsheid is de kans minder dan drie procent, bij sterilisatie na de vierde loopsheid maakt het geen verschil meer. Tijdig steriliseren is van belang om de kans op melkkliertumoren te verkleinen. Als de teef melkkliertumoren ontwikkeld heeft en deze moeten worden verwijderd, dan is dit een behoorlijke ingreep. - Geen baarmoederontsteking.
Ondanks dat het teefje bij een sterilisatie gewoon haar complete baarmoeder behoudt, is er door het wegnemen van de hormonale invloed van de eierstokken na de operatie geen kans meer op de ontwikkeling van een baarmoederontsteking. Een baarmoederontsteking is een zeer ernstige aandoening en niet zelden dreigt er levensgevaar. Circa 25 procent van de niet-gesteriliseerde teven krijgt deze aandoening en een spoedoperatie moet dan uitkomst bieden.Vroeger werd tijdens de sterilisatie van de teef ook de baarmoeder weggenomen. Het is echter beter gebleken voor de teef om de baarmoeder niet te verwijderen. In tegenstelling tot de mens is de baarmoeder van de teef nauwelijks gevoelig voor (kwaadaardige) tumoren.Een ander voordeel van deze techniek is dat er minder littekenweefsel ontstaat in de buik na de operatie. Ook het huidwondje is minimaal en de dieren zijn snel weer fit
Geen schijndracht
Vroeger in het roedelleven van de hond was de cyclus voor alle teven vrijwel gelijk. De niet gedekte teven werden schijndrachtig en begonnen te melk te produceren als andere teven in de roedel hun pups ter wereld brachten. Daarmee waren ze de ideale tantes als de moeder afwezig was om te jagen of in het slechtste geval niet meer terug kwam van de jacht.Bij onze moderne huishond is deze functie verdwenen en geeft de schijndracht eigenlijk alleen maar complicaties voor de teef die toenemen bij het ouder worden. Gedragsveranderingen, melkgift en eventuele melkklierontsteking zijn dan het gevolg.
De nadelen van steriliseren bij een hond zijn:
Neiging tot zwaarder worden
Een gesteriliseerd teefje heeft een andere energiebalans. Als er tijdens het eerste jaar niet extra op de lichaamsconditie wordt gelet, kan ze dik worden. Gelukkig zijn er tegenwoordig voeders die dit helpen voorkomen, maar het ligt voornamelijk aan de eigenaar -die de hoeveelheid voer bepaalt- of de teef overgewicht ontwikkelt. Sloomheid is vrijwel altijd het gevolg van overgewicht en niet van de sterilisatie, en is dus zeker te voorkomen!
Karakterverandering
Uit onderzoek blijkt dat de kans op karakterverandering minimaal is. Bij teefjes die al op jonge leeftijd dominante trekjes vertonen, moet wel er wel rekening mee gehouden worden dat de kans bestaat dat dit gedrag zelfs wat toeneemt. In dit geval is een consequente eigenaar van groot belang voor een juiste opvoeding.
Vachtstructuur
Bij honden met een halflange (glanzende) vacht valt op – als ze gesteriliseerd zijn en ouder worden – dat de vacht meer gaat krullen en wat doffer wordt. Het moge duidelijk zijn dat bij het ene ras deze gevolgen duidelijker tot uiting (kunnen) komen dan bij een ander ras.
Incontinentie
Dit is een vervelende aandoening. Gesteriliseerde teefjes hebben meer kans op incontinentie op oudere leeftijd dan de niet gesteriliseerde teefjes. Er zijn voldoende goede medicijnen om dit te behandelen, maar het is wel een nadeel.
Wanneer hond laten steriliseren?
Het beste moment om uw teef te steriliseren verschilt per ras en is ook afhankelijk van de risico’s die na sterilisatie kunnen optreden.
Over het algemeen geldt: sterilisatie vindt plaats drie maanden ná de eerste loopsheid, en uiterlijk vóór de tweede loopsheid. In overleg met uw dierenarts kan hiervan afgeweken worden. De eerste loopsheid vindt bij kleine honden plaats als ze tussen zes maanden en 12 maanden oud zijn, bij grote honden op een leeftijd van 12 tot 18 maanden. Met name bij grote hondenrassen wordt sterilisatie vóór de eerste loopsheid sterk afgeraden. Uit onderzoek blijkt namelijk dat bij honden van meer dan 20 kilo incontinentie vaker voorkomt als ze vóór de eerste loopsheid zijn gesteriliseerd.
Toch steriliseren vóór de eerste loopsheid?
Wilt u de loopsheid van uw hond liever helemaal vermijden? Een hond kan vóór de eerste loopsheid gesteriliseerd worden (vanaf 6 maanden). Ondanks dat dit als voordeel heeft dat de kans op melkkliertumoren nóg kleiner is, wordt de kans op incontinentie dus juist groter.
Daarnaast neemt de kans op melkkliertumoren pas echt veel meer toe na de tweede loopsheid. Dit voordeel is dus te verwaarlozen.
Het advies om uw hond te steriliseren ná de eerste loopsheid geldt trouwens ook voor kleinere hondenrassen.